Roman die zich afspeelt in het Roemenië van 1944. Een verrassend actuele spiegel voor onze eigen multiculturele samenleving.
Op 23 augustus 1944 houdt een jongen die behoort tot de Duitse minderheid een examenfeest in het Roemeense Fogaras. De hele klas is uitgenodigd, niet alleen Alfa Sigrid, die zijn hoofd op hol brengt, maar ook zijn vroegere vriend Hans Adolf, de nazi die hem verraden heeft. En niet te vergeten het Joodse meisje Judith.
De dag van het feest markeert niet alleen het afscheid van de school en van de jeugd, het is ook het afscheid van een lange geschiedenis. Want aan het einde van deze dag keert Roemenië zich af van Duitsland naar de Sovjet-Unie, en direct daarop nemen vliegtuigen de Duitse villa onder vuur. Met vele flashbacks naar de jeugdjaren stuwt het verhaal zich voort langs verraad en opoffering naar een weergaloze climax.
De vele etnische groepen die destijds in Roemenië tot op die dag vreedzaam samenleefden, Roemenen, Duitsers, Hongaren, Joden en Zigeuners, maken dit boek tot een verrassend actuele spiegel voor onze eigen multiculturele samenleving. Maar vooral is het een unieke leeservaring.
Eginald Schlattner (1933) groeide op onder de Duitse minderheid in Zevenburgen, Roemenië. Na de machtsovername door de communisten werd deze minderheid verdrukt. Hij was actief in literaire kringen, werd opgepakt door de Securitate, gevangen en gemarteld, waardoor hij uiteindelijk zijn vrienden verraadde. De ingrijpende gebeurtenissen van zijn leven verwerkte Schlattner in zijn romans.